Operator interface

Ondersteunde technologieën voor interfacing naar operatoren tijdens het uitvoeren van werkinstructies.

De technologieën differentiëren zich in de manier waarop:

  • werkinstructie-gerelateerde content aan de gebruiker gepresenteerd wordt.
  • de gebruiker met de werkinstructie-gerelateerde content kan interageren.

Mobiele apparaten

Omhelst tablets en smartphones. Het apparaat geeft werkinstructies weer op volledig scherm. Invoer gebeurt middels het touchscreen van het apparaat .

Mobiele apparaten (AR)

Omhelst tablets en smartphones. Het apparaat toont een beeld van de reële werkplek met daarover een laag met de werkinstructie-gerelateerd content. Invoer gebeurt middels het touchscreen van het apparaat.

Projection AR

Content wordt geprojecteerd op de werkplek (en het werkstuk) door middel van een projector.

Slimme brillen (AR)

De bril toont een beeld van de reële werkplek met daarover een laag met de content. De content is relatief gepositioneerd tegenover het zichtpunt van de gebruiker. Invoer gebeurt via taps, swipes, button presses op de bril.

Slimme brillen (MR)

De bril toont een beeld van reële werkplek, waarin de werkinstructie-gerelateerd content naadloos verwerkt. De content is relatief gepositioneerd tegenover de reële wereld. De gebruiker kan op een natuurlijke manier interageren met werk-instructie-gerelateerde content, door middel van gebaren (aanwijzen, aanklikken door middel van pinchbeweging).

Slimme brillen met MR ondersteuning:

  • kunnen inherent ook AR weergeven.
  • zijn doorgaans duurder dan slimme brillen zonder MR ondersteuning, omwille van de extra benodigde ingebouwde sensoren voor spatial awareness.

Vaste schermen

Omhelst niet-mobiele monitors. Werkinstructies worden weergegeven op volledig scherm. Invoer is afhankelijk van type scherm (touchscreen of niet) en aangesloten invoer apparaten en sensoren.

Vaste schermen (AR)

Omhelst niet-mobiele monitors in combinatie met een externe camera.
De externe camera is zo gemonteerd dat het camera aanzicht op de werkplek zo nauw mogelijk aansluit op het operator aanzicht.
De monitor toont het resulterende beeld van de reële werkplek met daarover een laag met de virtuele, werkinstructie gerelateerde content.
Invoer is afhankelijk van type scherm (touchscreen of niet) en aangesloten invoer apparaten en sensoren.